Alles wat u moet weten over pensioenen
Naast het maandelijkse bedrag van de overheid (AOW) ontvangt u pensioen van Pensioenfonds Detailhandel. Een extra inkomen om van het leven te genieten
Verhoging van pensioenen
Geld wordt elk jaar minder waard, want prijzen stijgen. Dat betekent dat ook uw pensioen van Pensioenfonds Detailhandel in waarde afneemt. U kunt immers minder kopen met hetzelfde geld. Om dat te voorkomen, proberen we elk jaar de pensioenen te verhogen op basis van ontwikkelingen van de prijzen. Dit wordt ook wel indexeren genoemd. Deze verhoging heet ‘toeslag’. Pensioenfonds Detailhandel betaalt de verhogingen van uw pensioen uit beleggingsrendement. Een verhoging kan alleen als het pensioenfonds genoeg geld heeft. U heeft dus niet automatisch recht op een verhoging. Het pensioenfonds reserveert geen geld voor een verhoging en er wordt geen premie voor betaald.
Hoogte van de toeslag
Bij het bepalen van de toeslag kijkt Pensioenfonds Detailhandel naar de beleidsdekkingsgraad en de dekkingsgraad. De dekkingsgraad geeft de financiële gezondheid van het pensioenfonds aan. Een hoge dekkingsgraad is belangrijk, omdat we de pensioenen graag ieder jaar een stukje willen verhogen. De pensioenen stijgen dan mee met de prijzen.
Pensioenfonds Detailhandel mag bij een beleidsdekkingsgraad van 110% of hoger de pensioenen verhogen met een gedeelte van de ontwikkeling van de prijzen. Als de beleidsdekkingsgraad hoger is dan ongeveer 145% mag Pensioenfonds Detailhandel de pensioenen volledig verhogen met de ontwikkeling van de prijzen.
De beleidsdekkingsgraad is de gemiddelde dekkingsgraad van de afgelopen twaalf maanden.
De beleidsdekkingsgraad op 31 december wordt gebruikt om te bepalen of Pensioenfonds Detailhandel in januari een toeslag op de pensioenen kan geven. De beleidsdekkingsgraad is dus bepalend voor wat Pensioenfonds Detailhandel mag doen.
De meest recente dekkingsgraad en beleidsdekkingsgraad vindt u hier.
Toeslag 2024
Het bestuur van Pensioenfonds Detailhandel beoordeelt per jaar of een toeslag mogelijk is. Dit is afhankelijk van de financiële situatie. De beleidsdekkingsgraad is daarbij bepalend. Vooruitlopend op het nieuwe pensioenstelsel zijn door de overheid de regels voor indexatie verruimd. Deze verruiming is op 1 juli 2022 in de wet vastgelegd en gold alleen voor besluiten over toeslagverlening die door het bestuur in 2022 worden genomen. Op 21 juni 2023 is deze verlengd tot 1 januari 2024. Door de versterkte financiële situatie heeft Pensioenfonds Detailhandel op basis van deze verlengde regels een hogere en dus een extra verhoging gegeven. De pensioenen zijn per 1 januari 2024 met 3,3% verhoogd.
Toeslag 2023
Het bestuur van Pensioenfonds Detailhandel beoordeelt per jaar of een toeslag mogelijk is. Dit is afhankelijk van de financiële situatie. De beleidsdekkingsgraad is daarbij bepalend. Vooruitlopend op het nieuwe pensioenstelsel zijn door de overheid de regels voor indexatie verruimd. Deze verruiming is op 1 juli 2022 in de wet vastgelegd en geldt alleen voor besluiten over toeslagverlening die door het bestuur in 2022 worden genomen. Door de versterkte financiële situatie heeft Pensioenfonds Detailhandel op basis van deze nieuwe regels een hogere en dus een extra verhoging gegeven. De pensioenen zijn per 1 januari 2023 met 10% verhoogd.
Toeslag 2022
Het bestuur van Pensioenfonds Detailhandel beoordeelt per jaar of een toeslag mogelijk is. Dit is afhankelijk van de financiële situatie. De beleidsdekkingsgraad is daarbij bepalend. Op 31 december 2021 was de beleidsdekkingsgraad 114,5%. De pensioenen zijn per 1 januari 2022 met 0,5% verhoogd.
Toeslag 2021
Het bestuur van Pensioenfonds Detailhandel beoordeelt per jaar of een toeslag mogelijk is. Dit is afhankelijk van de financiële situatie. De beleidsdekkingsgraad is daarbij bepalend. Op 31 december 2020 was de beleidsdekkingsgraad 105,5%. De pensioenen zijn per 1 januari 2021 niet verhoogd. De financiële situatie van Pensioenfonds Detailhandel liet dit niet toe.
Toeslag 2019 en 2020
Pensioenfonds Detailhandel heeft in 2019 de pensioenen met 0,1% verhoogd (op 31 december 2018 was de beleidsdekkingsgraad 110,6%). In 2020 zijn de pensioenen niet verhoogd (op 31 december 2019 was de beleidsdekkingsgraad 109,6%).
Verhuizen / emigreren
Als u binnen Nederland verhuist, hoeft u dat niet zelf door te geven aan het pensioenfonds. We krijgen uw nieuwe adres automatisch door via de gemeente waar u woont.
Postadres
Als u een Nederlands postadres wilt doorgeven, verwijderen of wijzigen, dan kunt u dit schriftelijk aan ons doorgeven via het Wijzigingsformulier postadres. Dit formulier vindt u in mijn omgeving.
Emigreren
Bij emigratie naar het buitenland kan de Belastingdienst u een aparte aanslag opleggen, de zogenaamde conserverende aanslag. Dit is onder andere het geval als u:
- in Nederland pensioen heeft opgebouwd;
- recht heeft op voordeel uit een lijfrenteverzekering en de premies hiervoor via uw inkomen zijn verrekend.
Bij emigratie wordt het fiscaal voordeel dat u hiervan had ‘onder voorbehoud’ teruggenomen. De waarde van uw pensioenrechten wordt bij uw inkomen in box 1 geteld. Deze bijtelling wordt daarna verhoogd met de zogenaamde revisierente. Daardoor wordt uw rentevoordeel gecompenseerd.
U hoeft deze conserverende aanslag niet meteen te betalen: op uw verzoek kunt u uitstel krijgen van maximaal tien jaar. Als uw pensioen in deze periode op de normale manier wordt afgehandeld, kunt u om kwijtschelding van de belastingschuld vragen.
Meer informatie vindt u op de website van de Belastingdienst.
Buitenlands adres
Als u naar het buitenland verhuist, hoeft u dat niet aan ons door te geven. Wel moet u zich bij uw gemeente laten uitschrijven en uw nieuwe adres doorgeven. Wij ontvangen uw buitenlandse adres dan automatisch via de Registratie Niet-Ingezetenen (RNI).
Verhuist u in het buitenland? Geef dan uw nieuwe adres door aan de RNI.
Bewijs van in leven zijn
Als u pensioen ontvangt en in het buitenland woont, vragen wij u jaarlijks naar een ‘Bewijs van in leven zijn’. Dit doen wij, omdat wij niet automatisch overlijdensberichten uit het buitenland ontvangen. Het formulier dat u van ons krijgt, laat u invullen en ondertekenen door de gemeente (of lokale overheid) waar u woont. Zorgt u ervoor dat dit bewijs ieder jaar op tijd in ons bezit is? Dan kunnen wij uw pensioen tijdig uitbetalen. Komt u te overlijden en heeft u nabestaanden? Dan moeten zij uw overlijden direct aan ons doorgeven. Zij krijgen mogelijk een nabestaandenpensioen.
NB: Lukt het u niet om een ‘Bewijs van in leven zijn’ te bemachtigen? Neem dan contact met ons op.
Wonen buiten de EU
Woont u in het buitenland en ontvangt u daar uw pensioen? Bij een bankrekening buiten de Europese Unie (EU) brengt een bank extra kosten in rekening voor het overmaken van het pensioen. U ontvangt dan netto minder pensioen. Per bank en per land kan dat verschillen. Pensioenfonds Detailhandel heeft daar geen invloed op.
Extra kosten voorkomen? Open een Nederlandse bankrekening voor uw pensioen. Uw pensioen staat dan ook sneller op uw rekening.
Goed om te weten: er zijn geen extra kosten verbonden aan het overmaken van uw pensioen naar een bankrekening binnen de EU.
Overlijden
Wanneer u overlijdt, ontvangt uw partner partnerpensioen. Dit geldt op als u getrouwd of geregistreerd partner bent óf een (notariële)
samenlevingsovereenkomst heeft. De partner mag geen bloed- of aanverwant in de eerste graad zijn. Het huwelijk, het geregistreerd partnerschap of de gezamenlijke huishouding moet bovendien vóór pensionering zijn aangegaan.
Wanneer wordt partnerpensioen uitgekeerd?
Het partnerpensioen gaat in vanaf de eerste dag van de maand nadat u bent overleden. Voor de uitkering van het partnerpensioen maakt het geen verschil of u voor of na uw pensioenleeftijd van 67 jaar komt te overlijden. Het maakt ook niet uit of uw partner over een eigen inkomen beschikt.
De hoogte van het partnerpensioen staat vermeld op uw Uniform Pensioenoverzicht (UPO) en op www.mijnpensioenoverzicht.nl.
Anw-pensioen
Als u overlijdt, kan uw partner in aanmerking komen voor een Anw-uitkering van de overheid. Omdat deze Anw-uitkering maar in een beperkt aantal gevallen wordt uitgekeerd, kent onze pensioenregeling een Anw-pensioen.
Als u overlijdt, heeft uw partner recht op Anw-pensioen als hij of zij:
- in of na 1950 is geboren.
- niet voor minimaal 45% arbeidsongeschikt is.
- niet één of meer kinderen onder de 18 jaar te verzorgen heeft.
Hoogte Anw-pensioen
Als een werknemer fulltime in de detailhandel werkte, bedraagt het Anw-pensioen maximaal € 9.144,- bruto per jaar (bedrag 2024). Werkte een werknemer in deeltijd, dan wordt het bedrag evenredig verlaagd.
Ingangsdatum Anw-pensioen
Het Anw-pensioen gaat in op de eerste dag van de maand na het overlijden. Overlijdt de werknemer bijvoorbeeld op 16 april, dan gaat het Anw-pensioen in op 1 mei. Het Anw-pensioen kan ook ingaan op de eerste dag van de maand waarin het jongste kind 18 jaar wordt, of dat er geen ongehuwd kind onder de 18 jaar meer behoort tot de huishouding van de partner.
Einde Anw-pensioen
De duur van het Anw-pensioen is afhankelijk van de leeftijd van de partner op de ingangsdatum van het Anw-pensioen. Het Anw-pensioen loopt maximaal tot de dag dat de nabestaande in aanmerking komt voor een AOW-uitkering, maar uiterlijk tot de eerste dag van de maand waarin de nabestaande de 67-jarige leeftijd bereik.
Behartigen Pensioenbelangen
Wanneer u met pensioen gaat in de detailhandel, zijn er meerdere partijen die uw (pensioen)belangen behartigen. Onder meer deze partijen:
FNV Senioren
FNV Senioren is binnen de vakbond de afdeling waarin belangen worden behartigd voor gepensioneerde leden op het gebied van inkomen, maatschappelijke participatie, zorg en wonen. FNV doet dit vanuit een brede maatschappelijke context. Elk onderwerp en elk standpunt wordt vanuit meerdere invalshoeken bekeken. Zo worden ook de belangen van jongeren en werkenden meegenomen in de belangenbehartiging. De FNV zet zich in voor zowel werkenden als gepensioneerden. Solidariteit tussen de generaties staat daarbij voorop.
FNV in het kort: FNV (Federatie Nederlandse Vakbeweging) is ontstaan in 1982 na een fusie tussen het Nederlands Verbond van Vakverenigingen en het Nederlands Katholiek Vakverbond. FNV is verreweg de grootste Nederlandse vakbond.
CNV Senioren
CNV Senioren komt op voor belangen van gepensioneerden. Ze geven advies, voorlichting en juridische bijstand over algemene zaken. Er worden diverse bijeenkomsten georganiseerd, waarin bijvoorbeeld nieuwe belastingmaatregelen worden besproken. Ook kunnen leden zich opgeven voor cursussen waarin advies wordt gegeven hoe je moet omgaan met een klein huishoudbudget. De leden van de vakgroep Senioren kunnen onderling communiceren via een bulletin. Hierin wordt informatie uitgewisseld, kunnen vragen worden gesteld en mededelingen worden gedaan. Het bulletin wordt via e-mail verzonden.
CNV in het kort: Het CNV (Christelijk Nationaal Vakverbond) is opgericht in 1909. Het CNV is een vakvereniging voor mensen die werken in de dienstverlenende sector en die een modaal inkomen hebben.
VGD
De Vereniging van Gepensioneerden uit de Detailhandel (VGD) behartigt de belangen van degenen die een pensioen of uitkering ontvangen van een Nederlands pensioenfonds, gerelateerd aan de detailhandel. De VGD werkt samen met de Koepel Nederlandse Verenigingen Gepensioneerden (KNVG). Op dit moment heeft de VGD ruim 5.000 leden. Iedereen die een pensioen ontvangt van Pensioenfonds Detailhandel kan lid worden van de vereniging. Er wordt hierbij een lage contributie gevraagd. De vereniging is een low-budget organisatie en drijft geheel op vrijwilligers. De VGD houdt haar leden op de hoogte via de website en het informatieblad OutFit, dat vier keer per jaar verschijnt. Hierin komen nieuwsitems, actualiteiten en ontwikkelingen binnen pensioenland aan de orde.
VGD in het kort: In 1987 werd in Rotterdam de Vereniging van Gepensioneerden KBB opgericht. Een belangenvereniging voor gepensioneerden uit het voormalige KBB concern. In 2001 fuseerden Vendex en KBB. De statuten werden aangepast en de naam werd veranderd in Vereniging van Gepensioneerden.