Page 83 - Jaarverslag 2020
P. 83
Gelet op de lange looptijd van de verplichtingen van het pensioenfonds is het renterisico onder het huidige financiƫle toetsingskader het meest dominante risico. Het renterisico wordt op UFR-basis voor 92 procent afgedekt. De UFR-rentehedge is vertaald naar een marktwaarde-rentehedge van 59 procent voor de uitvoering het afdekkingsbeleid. De vertaling van de UFR naar de marktrentehedge wordt maandelijks
gemonitord, en bij grote afwijkingen wordt deze aangepast. Vanaf 2021 zal de afdekking niet langer plaatsvinden op UFR-basis, maar de strategie en
de rentehedge op 59 procent marktwaarde als
basis nemen. De wijzigingen die vanaf januari 2021 plaatsvinden in de bepaling van de UFR-curve maken het steeds complexer om de UFR als uitgangspunt te nemen.
De afdekking vindt hoofdzakelijk (voor 78 procent) plaats door het gebruik van rentederivaten, aangevuld met (lang lopende) euro staatsobligaties, Euro Non Sovereign en Nederlandse hypotheken.
In de wijze van afdekking wordt tevens rekening gehouden met niet-parallelle veranderingen van de rentecurve. Bovenstaande grafiek geeft inzicht in de rentegevoeligheid van de verplichtingen (VPV), en de afdekking door middel van obligaties en swaps over de verschillende looptijden buckets.
Het lopen van renterisico heeft over 2020 negatief uitgepakt vanwege een gedaalde rente, van 0,9 procent naar 0,3 procent (gemiddelde DNB UFR- verplichtingen). De verplichtingen zijn in waarde gestegen als gevolg van de gedaalde rente.
Pensioenfonds Detailhandel Jaarverslag 2020
83